Opbrengst vrachtwagenheffing gaat naar verduurzaming wegvervoer

In de recent gepresenteerde miljoenennota is duidelijk geworden waar het geld uit de vrachtwagenheffing naar toe gaat. Zo wordt het aangewend voor verschillende subsidies, die onder meer moeten zorgen dat er in 2030 16.000 elektrische vrachtwagens zijn.

De vrachtwagenheffing, die het huidige eurovignet en een deel van de motorrijtuigenbelasting zal vervangen, introduceert een kilometerheffing voor vrachtwagens op autosnelwegen en bepaalde hoofdwegen. De netto-opbrengsten hiervan worden geïnvesteerd in de verduurzaming van de transportsector, een proces dat bekend staat als de 'terugsluis'.

Een aanzienlijk deel van deze gelden zal worden besteed aan subsidieregelingen zoals de AanZET-subsidie voor elektrische vrachtwagens, de Subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven (SPRILA) en de Subsidieregeling Waterstof in Mobiliteit (SWIM). Daarnaast zijn er middelen gereserveerd voor innovatie en efficiëntieverbetering in de logistieke keten, waaronder onderzoek naar de SuperEcoCombi en de oprichting van een Expertisehuis Logistiek.

Hoewel de vrachtwagenheffing pas in 2026 ingaat, is er al sprake van voorfinanciering. In 2024 en 2025 wordt respectievelijk 70 en 100 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de AanZET-subsidie. Deze bedragen zullen vanaf 2026 verder worden verhoogd om de beoogde groei naar 16.000 elektrische vrachtwagens in 2030 te realiseren.

Het meerjarenprogramma voor de terugsluis wordt gezien als een belangrijke stap in de verdere verduurzaming van de Nederlandse logistieke sector, in lijn met de doelstellingen van het Klimaatakkoord.